Asielopvang
In Noord-Holland werken gemeenten intensief samen om voor voldoende opvang en huisvesting voor vluchtelingen te zorgen. Vanuit mijn rol als Rijksorgaan ondersteun ik deze gemeentelijke inspanningen, bijvoorbeeld met hulp bij het maken van afspraken over de verdeling van opvangplekken in de provincie.
Noord-Holland biedt momenteel ruim 10.000 opvangplekken voor asielzoekers en bijna 15.000 opvangplekken voor Oekraïners. Door de krapte op de woningmarkt blijft het huisvesten van vluchtelingen met een verblijfsvergunning een grote uitdaging. Dat zorgt voor extra druk op de asielopvang. Gelukkig zie ik veel hoopgevende initiatieven om vluchtelingen en andere kwetsbare groepen onderdak te bieden, zodat ook zij een leven kunnen opbouwen en kunnen bijdragen aan onze samenleving.
Trots De invoering van de spreidingswet begin 2024 was een belangrijke stap om het aantal opvangplekken voor asielzoekers beter te verdelen over het land. Noord-Hollandse gemeenten hebben deze taak voortvarend opgepakt. Op 1 november rapporteerde ik aan de minister van Asiel en Migratie dat Noord-Hollandse gemeenten toezeggen voor ruim 14.000 asielplekken te zorgen in 2025. Een resultaat om trots op te zijn. Al maakt de voorgenomen intrekking van de spreidingswet het voor gemeenten niet eenvoudiger. Voor een verstedelijkte provincie als Noord-Holland blijft het een uitdaging voldoende opvang te organiseren. Stabiel rijksbeleid en realistische financiering – ook voor het Centraal Orgaan Asielopvang (COA) en de Immigratie en Naturalisatiedienst (IND) – blijven hierbij van groot belang. 2024 was een bewogen jaar in het migratiedossier. Het onderwerp roept vaak hevige emoties op in de samenleving en leidt tot felle debatten in de lokale en landelijke politiek. Maar in deze discussies moeten we niet vergeten dat het gaat om mensen. Mensen die op de vlucht zijn en veiligheid zoeken. Dat zag ik ook in 2024 weer van dichtbij in verschillende Noord-Hollandse opvanglocaties.
Geëmotioneerd Een van mijn meest indrukwekkende werkbezoeken was aan een locatie voor alleenstaande minderjarige vluchtelingen (amv'ers) in Egmond-Binnen. 30 kwetsbare meisjes van 15 tot 18 jaar werken er aan een nieuw leven. Na afloop liep ik geëmotioneerd naar buiten. Het greep me zo aan omdat ik daar weer besefte dat er mensen zijn die ons nodig hebben. Los van welke politieke kleur je hebt; dit speelt momenteel in ons land en daar heb ik iets mee. Je moet je realiseren dat daar mensen zitten die waarschijnlijk nooit meer terug kunnen naar het land waar ze vandaan komen. Ik weet niet of wij ons hier goed kunnen voorstellen wat het betekent als je uit je eigen omgeving wordt weggerukt – vaak nog beschadigd ook. Dat is ongelooflijk heftig. Daarom is het zo fijn dat dit soort locaties er zijn. En ik heb heel veel respect voor de mensen van het COA die zo verschrikkelijk hard werken.