Nieuwe Steentijd
5300 – 2000 v.Chr.
Landschap
150.000 jaar geleden was het noordelijk deel van Nederland bedekt met een pak landijs. De sporen ervan zijn nog steeds in het Noord-Hollandse landschap te zien in de vorm van keileembulten (op Texel en Wieringen) en stuwwallen (in het Gooi). Rond 130.000 jaar geleden smelt het ijs, maar niet lang daarna zet een nieuwe, koude periode in: de laatste ijstijd. Dat landijs bereikt Nederland niet, maar door de kou en droogte is het land onbewoonbaar en ligt de Noordzee droog. Er is dan sprake van een toendragebied.
Als vanaf 9000 v. Chr. de temperaturen sterk stijgen, smelt het landijs, stijgt de zeespiegel en ontstaat de Noordzee. In de eeuwen die volgen, vormt zich de kustlijn: een smalle rand van zandbanken met lage duinen erop (strandwallen), en daarachter grote veenmoerassen. Daartussen liggen de mondingen van rivieren met oeverwallen erlangs en kwelders erachter.
Het landschap uit de Nieuwe Steentijd. Klik op de gele hotspots op de kaart voor topvondsten uit die tijd.
Bekijk hier de bekende vindplaatsen uit deze periode.
Het landschap in de tijd van Cees: een kwelder met oeverwal.
Bewoners
Tot aan de Nieuwe Steentijd (of het Neolithicum) leefden in Noordwest-Europa slechts trekkende groepen jagers, zonder vaste verblijfplaats en huizen. Men leefde van wat het landschap en de natuur te bieden hadden. Dat was met name jacht en visserij. Vanuit westelijk Azië kwamen de landbouw en de veeteelt op. De bewoners van het toenmalige kustgebied van Noord-Holland schakelen tussen 4000 en 3000 v. Chr. over op de landbouw. Men ging in huizen wonen in gezins- en familieverband en bleef jaarrond bij het vee, de akkers en graslanden.
Toch blijven ze hun jachttradities nog lang trouw. De bewoners kenden nog geen metaal en vervaardigden alles van hout, bot, steen, touw en leer. Ook introduceerden de nieuwe boeren de productie en het gebruik van aardewerk van gebakken klei. Verschillende prehistorische culturen uit het Neolithicum zijn vernoemd naar de bijzondere potten of bekers van aardewerk die in deze periode zijn gemaakt. De oudste Noord-Hollandse nederzettingen waarvan archeologen sporen hebben teruggevonden zijn van deze vroege boeren. Ze horen tot verschillende groepen: de Trechterbekercultuur (‘hunebedbouwers’) uit Noord-Nederland en de Vlaardingencultuur uit het zuiden.
De kano van Wieringermeer (3300 v. Chr.) is gemaakt en gebruikt door mensen uit de Trechterbekercultuur. Zij wonen ook op de zandgronden van het Gooi. Bij Zandwerven (wat nu gemeente Opmeer is) ligt een noordelijke nederzetting van de Vlaardingencultuur. Rond 2900 v. Chr. nemen beide groepen een nieuwe traditie over en ontstaat de Enkelgrafcultuur. De Enkelgrafcultuur is een variant van de Touwbekercultuur die in een groot deel van noordelijk Europa voorkwam. Deze cultuur kenmerkt zich door de productie van aardewerk dat versierd is met touwindrukken en een nieuw grafritueel. Overledenen worden voortaan individueel begraven onder een grafheuvel en niet meer gezamenlijk. In de Kop van Noord-Holland lagen de meest westelijke nederzettingen van de Enkelgrafcultuur.
We weten niet welke taal de mensen uit de Nieuwe Steentijd spraken, omdat er geen enkel restant van bewaard is gebleven. In elk geval was het een taal waar het huidige Nederlands niet van afstamt. Het Indo-Europees, waarvan het Nederlands afstamt, bereikte het huidige Nederlandse grondgebied pas vanaf 2000 v. Chr. vanuit het steppegebied ten noorden van de Zwarte Zee.

Verspreidingsgebied Vlaardingencultuur en Trechterbekercultuur.

Verspreidingsgebied van de Enkelgrafcultuur in Europa.

Topvondst
In de Nieuwe Steentijd werden aardewerken bekers gebruikt die versierd waren met indrukken van touw. Deze kleine bekers stonden op een voetje, daarom kregen ze de naam standvoetbekers . Ze werden gebruikt voor huishoudelijke doeleinden en werden ook meegegeven in graven van overledenen.

Maak met de klas kennis met Cees uit de Nieuwe Steentijd. Er zijn verschillende leuke en leerzame educatieve programma’s. Kijk op de pagina schoolbezoek voor meer informatie.

Maak met de klas kennis met Cees uit de Nieuwe Steentijd. Er zijn verschillende leuke en leerzame educatieve programma’s. Kijk op de pagina schoolbezoek voor meer informatie.
Intussen in de rest van de wereld

De stenen van Stonehenge, afbeelding Wikipedia.
vanaf 6000 voor Chr.
Mesopotamië kent een hoogstaande cultuur met onder meer de voorloper van het spijkerschrift
ca. 3300 voor Chr.
De beroemde Ötzi leeft in de Italiaanse Ötztaler Alpen
ca. 3200 voor Chr.
De oudste hiëroglyfen worden ingebeiteld in Egypte
◀ 2600 - 2400 voor Chr.
De grote stenen van Stonehenge in Zuid-Engeland worden opgericht
2100 voor Chr.
Het Gilgamesj Epos, een van de oudste literaire werken, ontstaat in Mesopotamië
ca. 3300 - 1300 voor Chr.
Het gebied op de grens van India en Pakistan kent een hoogontwikkelde beschaving, de Indusbeschaving