Asielopvang
Steeds meer vluchtelingen zoeken een veilig onderkomen in Nederland. De provincie Noord-Holland stimuleert en ondersteunt gemeenten bij het realiseren van extra opvangplekken voor vluchtelingen. Daarnaast ziet de provincie erop toe dat gemeenten voldoende doen aan het huisvesten van verblijfsgerechtigden. Als commissaris heb ik een regietaak. Samen met vertegenwoordigers van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA), het ministerie van Justitie en Veiligheid en de burgemeesters uit de 5 Noord-Hollandse veiligheidsregio’s (Amsterdam-Amstelland, Gooi en Vechtstreek, Kennemerland, Noord-Holland Noord en Zaanstreek-Waterland) zit ik om tafel om vluchtelingen een veilig thuis te bieden.
Asielopvang hoort erbij en zal in 2023 niet minder worden. In de hele provincie moeten we onze schouders eronder blijven zetten. Om de uitdagingen het hoofd te bieden ben ik veel in gesprek met de deelregio’s en werken we veel samen. Ik vind het ook belangrijk om te zien en te horen wat er speelt op de opvanglocaties in Noord-Holland. Afgelopen jaar heb ik in dat kader meerdere werkbezoeken afgelegd.
Zo bezocht ik onder meer een asielzoekerscentrum en taalschool Schakel aan Zee in Den Helder. Daar ging ik begin maart in gesprek met leerlingen en bewoners over hun ervaringen en dromen voor de toekomst. In oktober werd ik rondgeleid op het asielschip Silja Europa dat aan de kade ligt in Velsen-Noord. En in december ging ik, op uitnodiging van burgemeester Marjan van Kampen (Schagen), op werkbezoek bij de crisisnoodopvang in Petten. Daar sprak ik met medewerkers, vrijwilligers, de dorpsraad en asielzoekers.
De rode draad van die werkbezoeken is dat opvanglocaties omarmd moeten worden door de samenleving. Als dat eenmaal is gebeurd, gaan inwoners er steeds meer voor openstaan. Petten was een mooi voorbeeld. Na behoorlijk wat weerstand hebben de Pettenaren de vluchtelingen al snel omarmd. Met inzamelingsacties en andere hulpvaardigheid. Door open te zijn en inwoners mee te nemen in wat er gebeurt of gaat gebeuren, krijg je veel dingen voor elkaar. Mensen geven over het algemeen warmte terug. En al helemaal als ze ergens goed bij worden betrokken.
Asielopvang hoort erbij en zal in 2023 niet minder worden. In de hele provincie moeten we onze schouders eronder blijven zetten. Om de uitdagingen het hoofd te bieden ben ik veel in gesprek met de deelregio’s en werken we veel samen. Ik vind het ook belangrijk om te zien en te horen wat er speelt op de opvanglocaties in Noord-Holland. Afgelopen jaar heb ik in dat kader meerdere werkbezoeken afgelegd.
Zo bezocht ik onder meer een asielzoekerscentrum en taalschool Schakel aan Zee in Den Helder. Daar ging ik begin maart in gesprek met leerlingen en bewoners over hun ervaringen en dromen voor de toekomst. In oktober werd ik rondgeleid op het asielschip Silja Europa dat aan de kade ligt in Velsen-Noord. En in december ging ik, op uitnodiging van burgemeester Marjan van Kampen (Schagen), op werkbezoek bij de crisisnoodopvang in Petten. Daar sprak ik met medewerkers, vrijwilligers, de dorpsraad en asielzoekers.
De rode draad van die werkbezoeken is dat opvanglocaties omarmd moeten worden door de samenleving. Als dat eenmaal is gebeurd, gaan inwoners er steeds meer voor openstaan. Petten was een mooi voorbeeld. Na behoorlijk wat weerstand hebben de Pettenaren de vluchtelingen al snel omarmd. Met inzamelingsacties en andere hulpvaardigheid. Door open te zijn en inwoners mee te nemen in wat er gebeurt of gaat gebeuren, krijg je veel dingen voor elkaar. Mensen geven over het algemeen warmte terug. En al helemaal als ze ergens goed bij worden betrokken.
“We voelden ons gezien en gehoord”
Ria Peters, directeur taalschool Schakel aan Zee Den Helder: “Op 2 maart was de commissaris van de Koning op werkbezoek bij ons. Dat hebben wij als zeer positief ervaren. Dankzij dit bezoek kwam een doelgroep die vaak negatief in het nieuws is, positief in beeld. Wij geven les aan internationale leerlingen tussen de 12 en 18 jaar. 90 procent woont in een asielzoekerscentrum.
Wat ik bijzonder vond, was dat Arthur van Dijk écht contact maakte met de jongeren in de klas. Hij ging met ze in gesprek en kreeg ze ‘aan de praat’. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan bij jongeren die gespannen zijn en opkijken tegen iemand met een belangrijke functie.
Maar omdat de commissaris zich kwetsbaar opstelde, zag je dat de leerlingen daar vertrouwen uithaalden om te durven praten. Hij zei: ‘ik wist vroeger eerst ook niet wat ik wilde worden’. Toen ontstond er meteen een gesprek over ambities en de onzekerheden daaromheen.
Als school hebben we die dag goed kunnen laten zien wat hier allemaal gebeurt. Dat is belangrijk gezien de problemen met asielopvang en alles wat eromheen hangt. Je hoort en leest bijvoorbeeld veel over veiligelanders die overlast veroorzaken. Wij hebben hier ook veiligelanders, maar daar is nooit gedoe mee. Het is óók belangrijk om dat verhaal te kunnen vertellen. De nuance is er niet altijd meer in de media.
Ik heb tijdens het werkbezoek ook mijn zorgen met de commissaris kunnen delen over een aantal onderwerpen. Bijvoorbeeld onze overvolle klassen en dat dat eigenlijk niet te doen is. Maar ook dat het zo moeilijk is om voldoende gekwalificeerd personeel te vinden en te behouden in de Kop. Ik ben blij dat die thema’s bij hem in beeld zijn gekomen. Het zou mooi zijn als er uiteindelijk iets mee gebeurt. Maar dit bezoek was hoe dan ook heel waardevol voor mijn collega’s en mij. We voelden ons gezien en gehoord.”
“We voelden ons gezien en gehoord”
Ria Peters, directeur taalschool Schakel aan Zee Den Helder: “Op 2 maart was de commissaris van de Koning op werkbezoek bij ons. Dat hebben wij als zeer positief ervaren. Dankzij dit bezoek kwam een doelgroep die vaak negatief in het nieuws is, positief in beeld. Wij geven les aan internationale leerlingen tussen de 12 en 18 jaar. 90 procent woont in een asielzoekerscentrum.
Wat ik bijzonder vond, was dat Arthur van Dijk écht contact maakte met de jongeren in de klas. Hij ging met ze in gesprek en kreeg ze ‘aan de praat’. Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan bij jongeren die gespannen zijn en opkijken tegen iemand met een belangrijke functie. Maar omdat de commissaris zich kwetsbaar opstelde, zag je dat de leerlingen daar vertrouwen uithaalden om te durven praten. Hij zei: ‘ik wist vroeger eerst ook niet wat ik wilde worden’. Toen ontstond er meteen een gesprek over ambities en de onzekerheden daaromheen.
Als school hebben we die dag goed kunnen laten zien wat hier allemaal gebeurt. Dat is belangrijk gezien de problemen met asielopvang en alles wat eromheen hangt. Je hoort en leest bijvoorbeeld veel over veiligelanders die overlast veroorzaken. Wij hebben hier ook veiligelanders, maar daar is nooit gedoe mee. Het is óók belangrijk om dat verhaal te kunnen vertellen. De nuance is er niet altijd meer in de media.
Ik heb tijdens het werkbezoek ook mijn zorgen met de commissaris kunnen delen over een aantal onderwerpen. Bijvoorbeeld onze overvolle klassen en dat dat eigenlijk niet te doen is. Maar ook dat het zo moeilijk is om voldoende gekwalificeerd personeel te vinden en te behouden in de Kop. Ik ben blij dat die thema’s bij hem in beeld zijn gekomen. Het zou mooi zijn als er uiteindelijk iets mee gebeurt. Maar dit bezoek was hoe dan ook heel waardevol voor mijn collega’s en mij. We voelden ons gezien en gehoord.”
Provinciale regietafel asiel
Vanuit mijn rol als Rijksorgaan zit ik de provinciale regietafel asiel voor. Deelnemers hieraan zijn vertegenwoordigers van de 5 Noord-Hollandse Veiligheidsregio’s, vertegenwoordigers van het COA en het ministerie van J&V. Met de provinciale regietafel asiel helpt Noord-Holland mee aan een adequate opvang van vluchtelingen en een evenredige verdeling over de verschillende Noord-Hollandse regio’s. In 2022 is de provinciale regietafel Noord-Holland 4 keer bij elkaar geweest.
Sinds eind februari 2022 is de situatie gecompliceerd door de Russische invasie van Oekraïne en het grote aantal Oekraïense vluchtelingen dat in Nederland onderdak zoekt. Afgesproken werd dat de (crisis)opvang van Oekraïners buiten de provinciale regietafels bleef en door de Veiligheidsregio’s wordt gecoördineerd. Door een combinatie van hogere instroom, langere behandeltijden van asielaanvragen en achterblijvende uitstroom van vergunninghouders naar de gemeenten bleek de opvangcapaciteit van het COA in het voorjaar van 2022 niet meer toereikend. En voldeed de noodopvang ook niet meer. Daarom trad half juni de nationale crisisstructuur in werking om snel te kunnen beschikken over crisisnoodopvang (CNO). Daar hebben de veiligheidsregio’s zich afgelopen jaar succesvol voor ingespannen.