6/19
  • Pages
  • Editions
01 Cover
02 Wat en Waarom
03 PATH Model
04 Psychologische
05 Probleem analyse
06 Analyse fase
07 Testfase
08 Help fase
09 wat schiet ik ermee op?
10 "Daar heb ik NU toch niets aan?"
11 Ik zie niet hoe we hier beter van worden
12 Maar iedereen doet dat zo
13 Is dat nou wel zo een groot probleem?
14 ze checken toch niet
15 van bovenaf opgelegd
16 al jaaaren zo
17 anders dan wij
18 Mijn gedrag
19 Probleem analyse (copy)

Doel definiëren

Om een gerichte interventie te ontwikkelen en het mogelijk te maken om succes ervan te meten specificeren we een

uitkomstvariabele. In de probleemfase is duidelijk geworden welk probleem aangepakt moet worden. Hier schrijven we dit op in termen van het doel. De uitkomstvariabele moet relevant (1), specifiek (2) en continu (3) zijn.

(1) volgt de uitkomst logischerwijs uit de probleemdefinitie? Reflecteert de uitkomstvariabele de gewenste situatie?

(2) is de uitkomstvariabele niet te breed geformuleerd? “we willen dat mensen meer gaan recyclen.” Is bijvoorbeeld nog te breed; wat moeten ze recyclen? Om welke mensen gaat het?

(3) is de uitkomstvariabele te meten op continue schaal? (meer/minder). Een continu geformuleerde uitkomstvariabele maakt het makkelijker om het succes van de interventie te meten. Mocht het om een wel/niet variabele gaan, kun je de variabele continu maken door hem te omschrijven in termen van aantal mensen dat het gedrag vertoont (meer/minder mensen).

Kijk breed

In deze stap verzamelen we zo veel mogelijk oorzaken voor het gedefinieerde probleem aan de hand van de uitkomstvariabele. Vrije associatie technieken, brainstorm technieken en perspectief nemen kunnen helpen bij het genereren van ideeën. Interviews, observaties, en literatuuronderzoek kunnen inzicht geven in mogelijke oorzaken waar niet meteen aan wordt gedacht. Wat betreft literatuuronderzoek zijn er 3 strategieën om mee te werk te gaan: topical strategy (1), conceptual strategy (2), en general theory strategy (3).

(1) Zoeken naar literatuur over dit specifieke onderwerp. (bijvoorbeeld absentie op werk)

(2) Zoeken naar literatuur over mogelijk gerelateerde onderwerpen. (bij het voorbeeld van absentie op werk bijvoorbeeld naar stressreacties, werkgeluk e.d.)

(3) Zoeken naar algemenere theorieën over menselijk gedrag en kijken of deze misschien van toepassing kunnen zijn op het probleem.

Versmal

In deze stap gaan we een selectie maken van oorzaken op basis van relevantie, overlapping, validiteit, waarschijnlijkheid dat ze het probleem daadwerkelijk veroorzaken en werkbaarheid (dingen die genetisch bepaald zijn, zijn bijvoorbeeld moeilijk door mensen te veranderen).